No Dig methode: wat is het en wat zijn de do’s en don’ts

De afgelopen jaren wordt de No Dig methode steeds populairder. Maar wat is het eigenlijk? Hoe ga je te werk? En wat zijn veelgemaakte fouten?


Met de No Dig methode doe je niet aan kerende grondbewerking. Spitten is de meest bekende kerende grondbewerking in de wereld van moestuinieren en mensen doen het al jaren om verschillende redenen:

  1. Het zou de grond luchtig houden zodat er voldoende zuurstof bij de wortel komt.
  2. Je werkt onkruiden onder en zo ben je van je onkruid af en voeg je organisch materiaal toe aan je bodem (wat goed is voor het bodemleven).
  3. De tuin heeft na het werk een verzorgde uitstraling.

De derde reden is natuurlijk een kwestie van smaak, maar reden een & twee zijn inmiddels al jaren wetenschappelijk weerlegd. Het kan namelijk op een veel betere manier, en dat is precies waar de No Dig methode om de hoek komt kijken.


Als men het heeft over de No Dig methode dan gaat het vaak over twee dingen. Enerzijds ‘hoe pas ik de methode toe in al bestaande bedden’ en anderzijds ‘hoe pas ik de methode toe als ik nog geen moestuin heb’. In deze blog zal ik vooral ingaan op hoe je het toepast als je nog geen moestuin hebt of een nieuw stuk grond wil gaan voorbereiden. Over dit onderwerp valt echt ontzettend veel te vertellen, echter zal ik het in deze blog proberen kort te houden en vooral ook in te gaan op veelgestelde vragen & fouten.

Stap 1:

Plat trappen: heb je een strak gazon? Dan kun je stap 1 overslaan. Stap 1 is voor de mensen die gaan moestuinieren op een stuk grond waar allerlei soorten begroeiing staat. Denk bijvoorbeeld aan een verwaarloosd volkstuintje of een weiland. Je zou het ook kunnen maaien, maar je krijgt dan vaak hele scherpe stengels en dat is onhandig met het afdekken dus plat stampen heeft absoluut de voorkeur.

Stap 2: 

Afdekken met karton. Je kan vaak aan veel karton komen bij fietsenwinkels of andere winkels waar ze grote spullen verkopen zoals koelkasten. Het afdekken met karton wordt gedaan om grassen en onkruid tegen te gaan. Het idee hierachter is dat karton het licht wegneemt en het planten zo onmogelijk maakt om te overleven. Maar maak je geen illusie, sommige onkruiden kunnen lang teren op hun reservevoorraden en zullen er toch doorheen komen. Denk aan: zevenblad, distels en brandnetels. Maar ze moeten daarvoor dus wel flink hun reservevoorraden gebruiken. Als je vervolgens consequent eruit trekt wat door het karton groeit dan ben je er snel van af.

Je gebruikt het liefst bruin onbedrukt karton. Een beetje zwarte tekst is niet erg, het hoeft niet perfect ‘schoon’ te zijn. Wel doe je er goed aan om in ieder geval alle stickers, plakband en nietjes te verwijderen.

Drie veelgemaakte fouten bij deze stap zijn:

  1. Karton niet goed neerleggen. Het is essentieel om het karton súper goed te laten overlappen. Je wil tenslotte licht ontnemen van onkruid zodat het dood gaat. Planten gaan altijd op zoek naar licht want anders zullen ze dood gaan. Ieder kiertje moet dus goed afgedekt worden. Dit doe je het eenvoudigst door stukken karton te laten overlappen.
  2. Het karton beschadigen waardoor er als nog kieren ontstaan. In stap 1 geef ik al aan dat je beter begroeiing kan plat stampen dan maaien omdat er anders ‘stompen’ ontstaan. Dat was in mijn eerste pluktuin die ik aanlegde ook het geval. Ik had alles gemaaid maar toen ik stukken wilde afdekken met karton ging dat niet goed. De stompen prikten zo door het karton heen. Ook erover lopen is geen goed idee (zeker niet als het al nat is geworden), het karton zal aan alle kanten scheuren.
  3. Te dun karton. Mijn fout van dit jaar. Ik wilde snel en makkelijk klaar zijn. Een rol karton is zo gekocht bij een bouwmarkt, en ik dacht dat het wel voldoende zou zijn. Ook leek het mij handig omdat je dus niet steeds karton hoeft te overlappen. Ik kon hem zo uitrollen over mijn beoogde bed, compost erop en klaar! Helaas ….. er komt nu al behoorlijk veel kweekgras doorheen. Misschien werkt het wel prima als je gazongras hebt of twee lagen erop legt, maar wees gewaarschuwd :).

Stro & karton. Foto is van Frank Anrijs - Yggdrasil

Stap 3: 

Karton afdekken. Dat karton blijft natuurlijk niet vanzelf liggen. Je zou het nat kunnen maken zodat het beter blijft liggen, maar dat raad ik niet aan. Wat het vaakst wordt gedaan is het karton afdekken met compost. Je hebt dus eigenlijk twee mulch materialen over elkaar (mulchen = bedekken van de bodem). Karton is mulch laag 1 en compost is mulch laag 2. Het nadeel hiervan is dat compost de ideale mulch laag is om onkruid in te laten kiemen, en dat is juist wat je niet wil. Als je No Dig ergens in april gaat toepassen is dat niet erg, je gaat vrij snel daarna al zaaien en uitplanten. De onkruidzaden die in je compost waaien zullen in de komende weken gaan kiemen maar die trek je door de opbouw van karton en compost er zo uit. En dit kun je uiteraard voorkomen door nog extra te mulchen met bijvoorbeeld gras, bladeren of stro op je bedden (maar deze blog gaat niet over mulchen). Als je echter deze No Dig methode gaat toepassen in het najaar dan moet je er echt op letten om niet te eindigen met alleen die compost laag. Vaak genoeg heb ik het daar ook bij gelaten (want het is allemaal al zoveel werk), maar eigenlijk is je harde werk dan een beetje voor niets geweest. In het najaar zweven er nog onkruidzaden door de lucht die in je compost landen. Zo kweek je weer nieuw onkruiden in je bedden. Dek dus je compostlaag af! Dat kan met van alles zijn. In het najaar zijn er overal gratis bladeren te vinden maar je kan het ook afdekken met anti-worteldoek of als je liever met alleen organische materialen werkt: stro. Een andere optie zou kunnen zijn om in het najaar eerst alleen af te dekken met karton en daar bovenop bladeren/stro. Bladeren en stro worden nat waardoor ze het karton perfect op zijn plaats houden. In het voorjaar zal het meeste allemaal verteerd zijn en daar bovenop kun je dan compost gaan aanbrengen (zorg er voor dat je compost goed is uitgewerkt - wij gebruiken altijd houtcompost). Dan kun je daarna gaan zaaien.


Wauw, dat klinkt als echt veel werk!

Ja, dat kan ik niet ontkennen. Zeker als je nog helemaal nieuw bent met deze methode kan het nogal overweldigend voelen. Ik zou dus ook aanraden om het eerst eens op een klein stukje uit te proberen. Eenmaal gedaan zul je zien dat het niet zo moeilijk is. Maar de voordelen van deze methode zijn het wel écht waard.

  1. Je hebt veel minder last van onkruid (dan wanneer je niets doet of gaat spitten) en het onkruid wat wel nog opkomt krijg je er veel makkelijker uit.
  2. Je bodem wordt vele malen beter/gezonder. Je krijgt een betere bodemstructuur waardoor bijvoorbeeld je water infiltratie beter zal zijn. Dat betekent dus ook dat je bodem ‘luchtiger’ wordt.

'''Maar werkt dit ook voor klei?'''

Absoluut. Ik kan het je niet uit eigen ervaring vertellen want wij wonen op zandgrond. Maar ik heb echt al ontzettend vaak fantastische/dezelfde resultaten gezien als op zandgrond. Charles Dowding (de man die de No Dig methode groot heeft gemaakt) heeft zelf ook meerdere moestuinen gehad op klei grond. Dus zelfs ‘mister No Dig’ zal het je aanraden op klei grond. De stappen blijven hetzelfde.

Moestuin op kleigrond - Foto is van Charles Dowding

''Ik heb op een stuk veel heermoes. Zal ik dit proberen?''

Ja! Ik ben groot voorstander van experimenteren. Eerst een klein stukje proberen voordat je uren gaat zwoegen en zweten en het misschien voor jou helemaal niet blijkt te werken. Ik vermoed dat het bij heermoes hetzelfde zal werken als bij brandnetels, distels en zevenblad.

'''Hoe bereid ik mijn grond goed voor?''

In een ideale situatie doe je niks. Dan begin je dus met stap 1: plat trappen. Maar soms is de grond oneven en wil je het misschien eerst recht laten trekken? Ik zie hier niet veel kwaad in. Vaak worden er moestuinen gestart op plekken die al nauwelijks bodemleven hebben. Dan kun je gerust om ‘schoon’ te beginnen nog één keer de hele aarde verstoren door alles recht te trekken of iets dergelijks. Dan ga je daarna van start met stap 1.